dinsdag 8 januari 2013

Over de partijgrenzen heen

Op een persconferentie op maandagnamiddag kondigde president Obama twee nominaties voor nieuwe kabinet aan. John O. Brennan als directeur van de CIA en Chuck Hagel als minister van Defensie. Vooral die laatste nominatie - en de speculatie die eraan voorafging - heeft de Europese pers gehaald.

In dit stukje wil ik graag ingaan op een deel van de achtergrond, namelijk: hoe gebruikelijk is het om iemand van een andere partij in je kabinet op te nemen? President Obama is een Democraat; Chuck Hagel een voormalig senator voor de Republikeinse Partij.

Democraten kiezen wel vaker voor Republikeinse Defensieminister

De Morgen schreef hier gisteren het volgende over:
"Dat een Republikein het schopt tot minister van Defensie onder de Democratische Obama is niet zo bijzonder. Robert Gates, de voorganger van Leon Panetta, de huidige defensieminister, was ook een Republikein."
Dat klopt. En niet alleen Obama heeft een Republikein op die post gezet, ook president Clinton koos tijdens zijn tweede termijn voor een Republikein, William Cohen. Dat deed hij om te verzekeren dat de Amerikaanse troepen de onvoorwaardelijke steun van beide partijen zouden hebben. Ook Truman en Kennedy, allebei Democraten, hebben een Republikein naar het Pentagon gestuurd. Hoewel van de 23 ministers van de Defensie sinds 1947 er slechts vier aangesteld waren door een president van een andere partij, kunnen we toch een constante waarnemen: het waren steeds Democraten die een Republikein benoemden.

Waarom kiest Obama nu voor een Republikein? Zoals Yochi Dreazen van The Washington Post opmerkte, helpt het om een Republikein in het Pentagon te hebben als je er hervormingen wilt doorvoeren. Als Obama de Democraten kan overtuigen van de zin van die hervormingen, en Hagel doet hetzelfde in zijn partij, dan is het veel gemakkelijker om tot een deal te komen. Paul Waldman van het linkse tijdschrift The American Prospect betreurt het:
"I'm sure there are many reasons why President Obama nominated Chuck Hagel to be secretary of Defense, but the fact that Hagel is a Republican surely played at least some part. After all, if he nominated a Democrat to head the Pentagon, congressional Republicans would surely oppose the nomination and charge that the nominee was too dovish. [...] I'm not the first liberal to be disappointed with the fact that Democratic presidents seem to feel the need to placate their opponents by picking Republicans for this particular position. [...] Republican presidents have never picked a Democrat for this job, but about half the secretaries of Defense in Democratic administrations have been Republicans."
Een eenzijdig fenomeen?

Waldman vindt dat vooral spijtig omdat "er geen equivalent is aan de andere kant": Republikeinen zetten niet per se een Democraat op een 'typisch' Democratisch postje, zoals het ministerie van Arbeid.

Laten we eens kijken in hoeverre dat met de werkelijkheid strookt. Stellen Republikeinse presidenten inderdaad minder Democratische ministers aan dan omgekeerd? En wat met andere aanstellingen - ambassadeurs, voorzitters van raden, directeurs van overheidsbedrijven en -agentschappen?

De vrije encyclopedie Wikipedia houdt het gelukkig allemaal bij. Er bestaat een lijst met Amerikaanse politieke aanstellingen over de partijgrenzen heen, die zich beperkt tot nominaties voor topfuncties door de president zelf. Chuck Hagels naam komt dus ongetwijfeld binnenkort ook op die lijst.

Barack Obama heeft tot nu (Hagel niet meegerekend) twee Republikeinse ministers en even veel ambassadeurs aangesteld. Dan is er nog de heraanstelling van Ben Bernanke, de bekende econoom die de Federal Reserve leidt. In totaal staat de teller voor Obama op 10 benoemingen.

Obama's voorganger, George W. Bush, heeft een Democraat een ministerpost aangeboden en een andere Democraat twee opeenvolgende ambassadeursfuncties. Bush's teller staat op 12 benoemingen, maar vooral minder prominente postjes. Dat geldt ook voor Bill Clinton: een ambassadeur, een minister, de voorzitter van de Federal Reserve, en drie mindere functies.

De resultaten voor de laatste decennia zijn dus relatief pover en president Obama doet het dus ook niet zo slecht. Als Hagels positie bevestigd wordt door de Senaat - wat helemaal niet zo zeker is - heeft president Obama tot drie keer toe een Republikeinse minister in zijn kabinet gehad.

Wel is het duidelijk dat het ministerie van Defensie een soort Republikeins bastion is. Zijn er te weinig Democraten die het ministerie overtuigd zouden kunnen leiden? Is een 'hard' ministerie zoals Defensie weggelegd voor 'harde' politici, zoals de conservatieven uit de G.O.P.?

In buitenlands beleid en defensie zijn er sowieso heel wat valkuilen en gevoelige onderwerpen in de VS. Het Amerikaanse exceptionalisme - het geloof dat de VS niet is zoals de rest van de wereld - heeft nog steeds een grote aanhang, ook bij de man op de straat, ook bij heel wat Democraten. Voor een linkse Democraat is het moeilijk om zich te verzetten tegen al die heersende ideeën over Amerika en haar rol in de wereld. Dat blijkt ook uit de carrières van veel politici. Mensen als John Kerry - zowel een veteraan als een pacifist - worden afgerekend op hun wisselende standpunten over oorlogsvoering. Je er constant tegen verzetten, 'neen' durven zeggen tegen een agressief Israël zonder over te komen als een antisemiet, is een haast onmogelijke evenwichtsoefening. Misschien hebben de Republikeinen met hun agressiever binnen- én buitenlandbeleid daarom een troef in handen om functies in het ministerie van Defensie te bekleden. Om dezelfde reden dat het vreemd zou zijn een besparingsgezinde conservatief aan het hoofd te zetten van de sociale zekerheid.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten